Beheerders-ID's toevoegen met een programmeersleutel

In deze sectie wordt beschreven hoe u een beheerders-ID met een programmeersleutel toevoegt aan het iLOQ-vergrendelingssysteem.

Ga als volgt verder.

  1. Selecteer Beheer > Overzicht gebruikers.

  2. Selecteer Gebruiker toevoegen.
    De wizard Toevoegen van een Beheerders-ID wordt geopend.
  3. Selecteer Gebruikers-id met een token toevoegen.
  4. Selecteer een van de opties hieronder:
    • Een beheerders-ID voor een persoon toevoegen — Selecteer Een beheerders-ID voor een persoon toevoegen als u een beheerders-ID wilt toevoegen voor een bestaande persoon in het systeem.
    • Een nieuwe persoon met een beheerders-ID toevoegen — Selecteer Een nieuwe persoon met een beheerders-ID toevoegen als u een beheerders-ID wilt toevoegen voor een nieuwe persoon die tijdens de procedure voor het toevoegen van de beheerders-ID wordt aangemaakt.
  5. Afhankelijk van de keuze die u hebt gemaakt in de vorige stap, gaat u als volgt verder:
    • Selecteer de persoon voor wie u de beheerders-ID wilt toevoegen, als u in de vorige stap Een beheerders-ID voor een persoon toevoegen hebt geselecteerd.
    • Voer de voor- en achternaam van de nieuwe persoon in, als u in de vorige stap Een nieuwe persoon met een beheerders-ID toevoegen hebt geselecteerd.
  6. Klik op Next (Volgende).
  7. Selecteer een programmeersleutel voor de beheerder in het keuzemenu Token.
  8. Klik op Next (Volgende).
  9. Voer als volgt informatie voor de gebruikers-id in:

    • Gebruikers-id — Voer in dit veld een naam in voor de nieuwe gebruikers-id. De gebruikers-id is niet hoofdlettergevoelig. Er zijn geen minimumvereisten voor de gebruikers-id.

    • Verificatietype — Als de verificatiemethode SSO (Single Sign-on) van Azure Active Directory wordt gebruikt, selecteert u de optie Azure AD.

    • Wachtwoord — Voer in dit veld een wachtwoord in voor de nieuwe gebruikers-id. Het wachtwoord is hoofdlettergevoelig.

      De vereisten voor het wachtwoord zijn:

      • De minimumlengte van het wachtwoord kan door de gebruiker met administratorbevoegdheden in de systeeminstellingen worden bepaald.
      • De laatste zes gebruikte wachtwoorden mogen niet opnieuw worden gebruikt.
      • Het wachtwoord mag niet de gebruikers-id bevatten.
      • Het wachtwoord moet ten minste één Romeinse hoofdletter (A-Z) bevatten.
      • Het wachtwoord moet ten minste één Romeinse kleine letter (a-z) bevatten.
      • Het wachtwoord moet ten minste één cijfer (0-9) bevatten.

    • Voer wachtwoord opnieuw in — Voer in dit veld het wachtwoord opnieuw in.

    • Gebruiker moet bij de volgende aanmelding het wachtwoord wijzigen — Als u dit selectievakje inschakelt, moet de gebruiker bij de volgende aanmelding het wachtwoord veranderen.

    • Wachtwoord vervalt — Als u dit selectievakje inschakelt, vervalt het wachtwoord wanneer de standaard vervalperiode van het systeem is verstreken.

    • Vervaldatum account — Als u dit selectievakje inschakelt, voert u een vervaldatum voor de gebruikers-id in.

  10. Klik op Next (Volgende).
  11. Selecteer de Sjabloon beheerdersrechten, of de individuele gebruiksrechten die u wilt toevoegen voor de beheerder.
    • — Klik op de knop Pijlen rechts om alle items naar de lijst te verplaatsen.
    • — Klik op de knop Pijl rechts om het geselecteerde item of de geselecteerde items naar de lijst te verplaatsen.
    • — Klik op de knop Pijl links om het geselecteerde item of de geselecteerde items uit de lijst te verwijderen.
    • — Klik op de knop Pijlen links om alle items uit de lijst te verwijderen.
  12. Klik op Next (Volgende).
  13. Er wordt een overzichtsvenster weergegeven.
  14. Klik op Ready (Gereed).
  15. Klik op Close (Sluiten).